13 juli 1977, vondeling meisje, Den Haag
Het Vrije Volk, 13 juli 1977: "Politie redt leven vondeling"
DEN HAAG - Met zijn schoenveter heeft een Haagse politieagent vanmorgen de navelstreng afgebonden van een paar uur oude baby die in de bosjes aan de Noordpolderkade even te voren was gevonden door twee arbeiders van gemeentewerken.
De baby, een meisje, was in een laken gewikkeld. De agenten en de mannen van gemeentewerken hebben het kind met handdoeken warm gewreven. Daarna heeft de GGD de vondeling naar het Juliana- kinderziekenhuis in Den Haag gebracht.
Uit buurtonderzoek kwam naar voren dat om vier uur 's morgens een meisje overstuur en bebloed over straat liep in de buurt van de vindplaats van de baby. Een vrouw uit de buurt vroeg wat er met haar was. Zij vertelde dat zij van huis was weggelopen en het bloed was veroorzaakt door een messteek. Aangeboden hulp weigerde ze.
Even later accepteerde zij wel het aanbod van de bestuurder van een groene auto om in te stappen, en reed daarmee weg. De politie vermoedt dat zij het kind te vondeling heeft gelegd.
Limburgsch Dagblad, 15 juli 1977: "Moeder nog zoek - Tientallen willen vondeling adopteren"
Leeuwarder Courant, 15 juli 1977: "Moeder nog spoorloos - Veel gezinnen willen gevonden baby adopteren"
DEN HAAG - De Haagse politie is nog steeds op zoek naar de moeder van het vondelingetje dat woensdagmorgen door twee werklieden van gemeentewerken in Den Haag werd gevonden. Er zijn wel tientallen telefoontjes binnengekomen van gezinnen, die het meisje willen adopteren", aldus een politiewoordvoerder. Een vrouw uit Amsterdam ging woensdag zelfs zover, dat zij de Haagse politie meldde dat zij de moeder van het kind is. Een onderzoek bracht aan het licht dat dit niet het geval is.
Het kind, dat op een terrein aan een Haagse kade werd gevonden, was enkele uren oud. Het meisje was gewikkeld in een met bloed besmeurd laken. Een onderzoek van de politie bracht aan het licht dat een Hagenaar woensdagmorgen een meisje heeft zien staan dat hevig overstuur was en bloed op haar benen had. Indien de moeder van de vondeling niet wordt gevonden zal de officier van Justitie het kind een naam moeten geven en het in laten schrijven bij de Burgerlijke Stand. Dit is een kwestie van enkele dagen, aldus de Haagse politie.
Nieuwsblad van het Noorden, 15 juli 1977: "Woensdagmorgen in Den Haag gevonden - Tientallen mensen willen vondelingetje adopteren"
(Van onze correspondent in Den Haag)
De Haagse politie is nog steeds op zoek haar de moeder van het vondelingetje dat woensdagmorgen door twee werklieden van Gemeentewerken in Den Haag werd gevonden. Er zijn donderdag wel tientallen telefoontjes binnengekomen van gezinnen, die het meisje willen adopteren", aldus een politiewoordvoerder. Een vrouw uit Amsterdam ging woensdag zelfs zover, dat zij de Haagse politie meldde dat zij de moeder van het kind is. Een onderzoek bracht aan het licht dat dit niet het geval is.
Het kind, dat op een terrein aan een Haagse kade werd gevonden, was enkele uren oud. Het kind, een meisje, was gewikkeld in een met bloed besmeurd laken. De politie zoekt nog steeds naar het meisje, dat woensdagmorgen hevig overstuur en met bloed op haar benen werd aangetroffen. Het meisje vertelde, zoals bericht, dat zij door drie Turken was gestoken en drie dagen daarvoor van huis zou zijn weggelopen. Inmiddels arriveerde er een groene auto. De chauffeur bood het meisje hulp aan. Een aanbod waar zij gebruik van heeft gemaakt. Vanaf dat moment tast de politie in het duister.
Als de moeder van de vondeling niet wordt gevonden zal de officier van Justitie het kind een naam moeten geven.
Het Vrije Volk, 16 juli 1977: "Moeder vondeling meldt zich"
(Van een onzer verslaggevers) DEN HAAG - De moeder van het Haagse vondelingetje, dat in leven bleef door het kordate optreden van twee politieagenten, is terecht. Het is een achttienjarig Haags meisje, dat in de nacht van woensdag op donderdag alleen haar kind ter wereld had gebracht en het daarna in wanhoop in een plantsoen bij de Noordpolderkade te vondeling had gelegd. Vrijdag heeft het meisje zich bij de politie gemeld.
Nadat ze haar kind te vondeling had gelegd, had zij nog enige tijd in de buurt van het plantsoen rondgezworven. Een automobilist, die haar huilend aantrof had haar een lift gegeven en haar naar huis gebracht. Daar wist niemand van haar zwangerschap af. Na aanvankelijk angstvallig te hebben gezwegen, had het meisje tenslotte zoveel last van haar geweten gekregen, dat zij alles bij de politie was gaan opbiechten. Die heeft proces-verbaal tegen haar opgemaakt. Het kind, dat nog steeds in een ziekenhuis ligt, blijft voorlopig onder de voogdij van de Raad voor de Kinderbescherming.
Limburgsch Dagblad, 16 juli 1977: "Moeder vondeling meldt zich"
DEN HAAG - Een achttienjarig Haags meisje heeft zich vrijdag gemeld bij de kinderpolitie in haar woonplaats met de mededeling, dat ze de moeder is van de woensdag gevonden pas geboren baby. Ze had het kind woensdagmorgen rond vier uur alleen gekregen en legde het een uur later in wanhoop te vondeling in een plantsoen bij de Noordpolderkade. Niemand heeft ooit geweten dat ze een kind kreeg, aldus haar relaas. Na haar daad had het meisje nog enige tijd in de buurt van het plantsoen rondgezworven. Een automobilist, die haar huilend aantrof, heeft haar een lift gegeven, en op haar verzoek naar huis gebracht. In de dagen daarna heeft het meisje er met niemand over gesproken. Volgens de politie kreeg ze last van haar geweten en meldde zij zich.
De Telegraaf, 16 juli 1977: "Moeder van vondeling meldt zich"
Van een onzer verslaggevers. DEN HAAG, zaterdag. De moeder van het Haagse vondelingetje heeft zich gemeld. Het was een meisje van 18 jaar, dat gisteravond op het Haagse politiebureau haar trieste relaas kwam doen. Woensdag om vier uur in de ochtend had zij, moederziel alleen, haar dochtertje ter wereld gebracht. Niemand had ooit geweten dat zij in verwachting was. Een uur later legde zij, in haar wanhoop, het meisje te vondeling in een plantsoentje bij de Haagse Noordpolderkade. Daarna bleef zij nog een tijdje huilend in de buurt rondzwerven. Een automobilist gaf haar een lift naar huis. Volgens de politie heeft ze zich uiteindelijk gemeld omdat ze last van haar geweten kreeg. Er is proces-verbaal tegen haar opgemaakt. Het vondelingetje is, zoals wij donderdag berichten, na enkele uren door twee gemeentearbeiders ontdekt. Twee politiemannen hebben het kind, dat ijskoud was geworden, met wrijven in leven weten te houden. De baby ligt in het Haagse Juliana-ziekenhuis en blijft voorlopig onder de voogdij van de kinderbescherming.
De Waarheid, 16 juli 1977: "Moeder van vondeling meldt zich bij politie"
Een achttienjarig Haags meisje heeft zich vrijdag gemeld bij de kinderpolitie in haar woonplaats met de mededeling dat ze de moeder is van de woensdag gevonden pas geboren baby. Ze had het kind woensdagmorgen rond vier uur alleen gekregen en legde het een uur later in wanhoop te vondeling in een plantsoen bij de Noordpolderkade. Niemand heeft ooit geweten dat ze een kind kreeg, aldus haar relaas. Na haar daad had het meisje nog enige tijd in de buurt van het plantsoen rondgezworven. Een automobilist, die haar huilend aantrof, heeft haar een lift gegeven en op haar verzoek naar huis gebracht. In de dagen daarna heeft het meisje er met niemand over gesproken. Volgens de politie kreeg ze last van haar geweten en meldde zij zich. Er is proces-verbaal tegen haar opgemaakt wegens het te vondeling leggen van een baby. Het kind, dat nog in een Haags ziekenhuis ligt, blijft voorlopig onder voogdij van de raad voor de kinderbescherming.
Nieuwsblad van het Noorden, 16 juli 1977: "Moeder (18) van vondeling meldt zich"
Een achttienjarig Haags meisje heeft zich gisteren gemeld bij de kinderpolitie in haar woonplaats met de mededeling, dat ze de moeder is van de woensdag gevonden pas geboren baby. Ze had het dinsdagmorgen rond vier uur al gekregen en legde het een uur later in wanhoop te vondeling in een plantsoen bij de Noordpolderkade. Niemand heeft ooit geweten dat ze een kind kreeg, aldus haar relaas. Het kind, dat nog in een Haags ziekenhuis ligt, blijft voorlopig onder voogdij van de Raad voor de Kinderbescherming.
NRC Handelsblad, 16 juli 1977: "Moeder van vondelingetje meldde zich"
DEN HAAG, 16 juli — Bij de Haagse kinderpolitie heeft zich een 18-jarig meisje gemeld met de mededeling dat zij de moeder is van de pasgeboren baby, die woensdag in een plantsoen werd gevonden. Zij had het kind alleen gekregen en het een uur later in wanhoop te vondeling gelegd. Het meisje had daarmee nog enige tijd in de omgeving rondgezworven en had tenslotte een lift gekregen van een automobilist. Gisteren besloot zij naar de politie te gaan. Er is proces verbaal tegen haar opgemaakt. De baby die nadat hij door twee politiemannen was gevonden en verzorgd, ligt nog in een Haags ziekenhuis en blijft voorlopig onder voogdij van de Raad voor de kinderbescherming. (ANP). - Pyromaan. Negen maanden gevangenisstraf, waarvan drie voorwaardelijk heeft de officier van justitie in Middelburg geëist tegen een 19-jarige inwoner van Grauw, die verdacht wordt van brandstichting. In totaal zou hij vijf keer zomerhuizen en landbouwschuren in zijn woonplaats hebben aangestoken. - Vierdaagse. Op de laatste dag van de vierdaagse in Apeldoorn zijn 1513 wandelaars feestelijk ingehaald. In totaal zijn er 35 deelnemers uitgevallen.
Nederlands dagblad, 19 juli 1977: "Moeder van Haags vondelingetje meldt zich bij politie"
DEN HAAG [ANP] - Een achttienjarig Haags meisje heeft zich gemeld bij de kinderpolitie in haar woonplaats met de mededeling.dat ze de moeder is van de vorige week woensdag gevonden pas geboren baby. Ze had het kind woensdagmorgen rond vier uur alleen gekregen en legde het een uur later in wanhoop te vondeling in een plantsoen bij de Noordpolderkade. Niemand heeft ooit geweten dat ze een kind kreeg, aldus haar relaas.
Na haar daad had het meisje nog enige tijd in de buurt van het plantsoen rondgezworven. Een automobilist, die haar huilend aantrof, heeft haar een lift gegeven, en op haar verzoek naar huis gebracht. In de dagen daarna heeft het meisje er met niemand over gesproken. Volgens de politie kreeg -ze last van haar geweten en meldde zij zich. Er is proces-verbaal tegen haar opgemaakt wegens het te vondeling leggen van een baby. Het kind, dat nog in een Haags ziekenhuis ligt, blijft voorlopig onder voogdij van de Raad voor de Kinderbescherming.
De Telegraaf, 23 juli 1977: "Gezin was blind voor noodsignalen van jong moedertje"
Door Jos van Noord. DEN HAAG, zaterdag. „Als je dan dat achttienjarige moedertje van de vondeling ziét, dan denk je: Mijn hemel, wat is de maatschappij toch nog ontstellend contactgestoord! Is er dan helemaal niémand in het leven van zo'n meisje, die merkt dat ze onder een bijna ondraaglijke spanning leeft?"
Even heeft het ernaar uitgezien dat de Haagse officier van justitie mr. J. de Wit een naam voor het baby'tje moest bedenken, maar toen de moeder van het vondelingetje zich tenslotte in diepe gewetensnood toch maar bij de politie meldde, moest zij op het Haagse stadhuis zélf aangifte doen van de geboorte van haar dochtertje.
Het baby'tje ligt nu al ruim een week in net Haagse Juliana-kinderziekenhuis. Een kindje, waar nu duizenden vrouwen in Nederland in stilte naar verlangen. Het Haagse vondelingetje. De jonge moeder, eigenlijk zelf nog maar een kind, heeft het uit angst voor „thuis" negen lange maanden in stille verborgenheid gedragen. Doodsbenauwd. Voor wie, waarvoor eigenlijk? Niemand heeft het gemerkt. Op straat is ze bevallen, waarna ze haar kindje in de struiken langs de slootkant te vondeling heeft gelegd. In 1977. En toen was daar ook nog de politie, die eerst het baby'tje redden en daarna de klopjacht op de moeder opende. Grote stukken in de krant. Toen had warempel iedereen ineens volop oog, ja zelfs begrip voor het probleem.
„Wat mij nou nog het allermeest frappeert is dat er kennelijk helemaal niémand is in het leven van zo'n meisje, die merkt dat ze onder die bijna ondraaglijke spanning leeft", herhaalt commissaris W. van Andel van de Haagse Zeden- en Kinderpolitie. De politie is — nadat de moeder van het vondelingetje zich eigener beweging bij de recherche had gemeld onder de psychische druk van de publiciteitsgolf over haar opmerkelijke noodsprong — door haar in-trieste verhaal "eigenlijk alleen maar grenzeloos verbijsterd." Verbijsterend is vooral de achtergrond van de moeder en de houding van haar ouders, tenslotte toch de grootouders. Daar mankeert namelijk, op het eerste gezicht, helemaal niets aan. „Daarom verbaast die hele angstpsychose bij dit moedertje ons ook zo", aldus commissaris Van Andel. „Het is een gewoon doorsnee Haags gezinnetje. Vader, de modale werknemer, en moeder met vier kinderen, drie meisjes en één jongen. Een heel gewoon gezin, volstrekt niets op aan te merken. Geen van hen ook maar ooit met de politie in aanraking geweest. Niets, maar dan ook helemaal niets dat opvalt in dit gezin." Puur, louter en alleen de angst voor ontdekking van haar zwangerschap heeft de jonge moeder doen besluiten haar kindje in stilte te dragen en het tenslotte te vondeling te leggen.
„Kijk, dan vraag je je natuurlijk wèl af: Waar blijft de maatschappij nou met al z'n welzijnswerkers? We barsten van de sociale instellingen, hulpdiensten, opvangcentra, noem-maar-op! Maar sommigen worden kennelijk bevangen door een onoverkomelijke drempelvrees als het om dit soort instellingen gaat. Het ongewenste kind en de ongehuwde moeder zijn, zou je zeggen, nu toch langzamerhand wel alom geaccepteerd. Zo'n moedertje kan toch hulp zoeken, zegt men. De situatie is, zou je denken, nu toch zo zoettjes aan wel van dien aard, dat het niet meer nodig is dat meisjes van achttien op straat moeten bevallen en hun kindje te vondeling moeten leggen uit angst voor het thuisfront. Zou je denken! Nou, vergeet het maar mooi! Want ondanks de talloze instellingen die op dit terrein werkzaam zijn, blijkt dat er dikwijls geen enkel vertrouwen is dat bijvoorbeeld de anonimiteit verzekerd is. Die angst is nog niet eens zo irreëel, want zo'n moedertje dat om hulp komt, raakt toch verzeild in de administratieve molen. Dat is bijna onontkoombaar", zegt commissaris Van Andel. „Er zijn nog zóveel drempels."
„Veel weten is veel begrijpen", zegt de politiechef na enkele diepgaande gesprekken met de jonge moeder. „Het valt natuurlijk niet goed te praten, maar als je het meisje dan zo ziet en hoort... ik kan het ook niet helpen, maar dan raak ik toch bevangen door enig begrip, al is het bijzonder moeilijk om je te verplaatsen in de gedachtenwereld van zo'n jong moedertje. Ach, wie kent de vrouw?" Als chef van de Haagse Kinderpolitie heeft hoofdinspecteur Jaap Schipper (30) het onderzoek naar de identiteit van de moeder geleid. Hij zegt: „Júist omdat het meisje uit zo'n — op het eerste oog — „normaal gezin" bleek te komen, begrepen wij aanvankelijk helemaal niets van haar angstcomplex. De ouders zeiden ons: We hebben hier geen flauw idee van gehad. Zoiets beangstigt mij wel eens. Als je ziet hoe de mensen, die dagelijks met elkaar om moeten gaan en bijvoorbeeld alleen al door de familieband in elkaars directe omgeving verkeren, toch volkomen langs elkaar heen leven. Hoe dikwijls gebeurt het niet dat er vlak naast je iets gebeurt; dat iemand uit je directe omgeving iets doet, maar dat je er niets van merkt.
Dit jonge moedertje heeft haar noodsignalen thuis en in haar omgeving heus wel uitgezonden, maar onze antennes waren er eenvoudig niet op afgestemd. Achteraf zien we die signalen ineens terug. Nu herinneren we ze ons en nú pas begrijpen we ze. Het tragische is ook wel dat dit meisje aanvankelijk wel degelijk heeft geprobeerd om het contact met haar ouders tot stand te brengen om te zien in hoeverre haar probleem thuis bespreekbaar zou kunnen zijn. Maar als ze dan schuchter tot een gesprek probeerde te komen, dan werd er door haar ouders gezegd: „Nu niet, hoor; wacht maar even. We moeten eerst even boodschappen doen." Dan kwam het er wéér niet van en werd het opnieuw uitgesteld.
Zo was daar steeds opnieuw die drempel, die almaar hoger werd. Ze schoof de moeilijkheden voor zich uit; een puur menselijke neiging overigens. Maar naarmate de zwangerschap steeds duidelijker zichtbaar werd, begon zij het ook steeds sterker te verdringen. Ze accepteerde niet dat ze zwanger was. Dat heeft ze werkelijk tot in het uiterste doorgevoerd. In haar kleding bijvoorbeeld. Ze bleef strakke spijkerbroeken dragen en wilde haar zwangerschap op geen enkele manier laten merken. Ze deed net alsof het niet bestond. Haar zwangerschap werd op het laatst volledig uit haar gedachtenwereld weggedrukt. Tòt het niet langer weggeschoven kon worden, omdat het kind zich aandiende. Toen ontstond de paniek; toen kon ze er niet meer omheen", zegt hoofdinspecteur Schipper.
„Het verdringingsproces was daarmee ineens afgelopen", aldus commissaris Van Andel (56). „Een enorme anti-climax! Want behalve de grote psychische spanning van de bevalling zonder énige medische hulp — waarachtig toch niet niks voor een meisje van achttien — was daar toen ook nog die publiciteit met de foto's van het kindje en de bedreiging van de politie in de ogen van de moeder. Plùs de publieke opinie die zich in het denken van de moeder helemaal tegen haar keert. Het is allemaal erg hard bij haar aangekomen", zegt commissaris Van Andel. „Ze is er nog steeds niet aan toe om haar kind in het ziekenhuis op te zoeken. Ze is voorlopig bij een familielid ondergebracht. Angst heeft maandenlang de boventoon gevoerd. Wat we nu merken is dat die angst héél langzaam verdwijnt. Het was eigenlijk een dubbelzware bevalling. Ze heeft haar kindje ter wereld gebracht, maar ze is eigenlijk vooral bevallen van haar onbespreekbare probleem, dat ze maandenlang alleen heeft - gedragen. Eindelijk zijn er aan ook andere mensen die het weten. Ze is niet langer alléén. Ineens kan er over worden gepráát! Wat dat betreft merken wij ook wel duidelijk een stuk opluchting."
"Typisch" is volgens politiechef Van Andel de veranderde houding van het publiek nadat de moeder van het vondelingetje zich bij de politie had gemeld. Aanvankelijk wilde iedereen zowel de moeder als kind direct onvoorwaardelijk met raad en daad bijstaan en opvangen. Maar toen de moeder zich had gemeld, kwamen er plotseling totaal andere reacties binnen. Je mag wel spreken van een totale ommekeer. Toen de moeder nog zoek was, kon je in al die brieven lezen: „Heren rechercheurs, doet uw best. Jullie moeten snel die moeder vinden. Dat arme moedertje heeft al genoeg moeten doormaken. Moeder en kind horen bij elkaar", zo schreef het publiek ons. Maar toen wij de moeder inderdaad hadden opgespoord — want ze kwam pas voor de dag toen ze had gehoord dat wij hadden ontdekt dat zij de moeder moest zijn — toen sloegen de reacties helemaal om. Toen werd er ineens gezegd en geschreven: „Ze had toch hulp kunnen zoeken." Heel merkwaardig, die ommekeer in de publieke opinie. Voer voor psychologen, eigenlijk", vindt commissaris Van Andel.
De Raad voor de Kinderbescherming en de Centrale Commissie voor Ongehuwde Moederzorg hebben zich over moeder en kind ontfermd. Ze vooral ook afgeschermd. Wat er verder gaat gebeuren, staat nog geenszins vast. „Dat gaan we nog eens rustig bekijken", zegt officier van justitie mr. de Wit. „Uiteraard in overleg ook met de ouders; de grootouders zo u wilt - het ouderlijk gezag."
Voor de recherche in Den Haag is de kous af. „Al blijft zo'n sterk emotioneel geladen zaak je natuurlijk toch nog wel bezighouden", zegt hoofdinspecteur Jaap Schipper van de Kinderpolitie. „Terwijl deze moeder haar kindje te vondeling legde, verdronk er een jongetje in zee. Wij zaten hier op het politiebureau ook met die radeloze moeder. Toen het lijkje van haar zoontje op het strand was aangespoeld, smeekte die moeder ons: Geef mij alsjeblieft dat vondelingetje om voor te zorgen.
De wereld is vol van de merkwaardigste tegenstellingen. Uit de tientallen reacties die wij op het politiebureau binnenkregen, blijkt vooral duidelijk hoeveel stille wensen en verlangens er ten aanzien van het moederschap onder veel vrouwen in ons land leven. Ontelbare vrouwen vroegen ons om het vondelingetje. Men is helaas maar weinig op de hoogte van de bevoegdheden en de beperktheden van de politie, die nu verder niet anders kan doen dan hopen dat moeder en kind samen hun weg zullen vinden."
[fotobijschrift] ...het meisje had wel degelijk geprobeerd contact met haar ouders tot stand te brengen, maar als ze -schuchter tot een gesprek probeerde te komen, dan werd haar gezegd: „Nu niet hoor, wacht maar even. .
Het Vrije Volk, 31 december 1977: "Vondeling-vinders"
In Den Haag werd op 13 juli 's morgens vroeg een pasgeboren baby ontdekt. De agenten Jongejan en Stuut bonden de navelstreng af met een veter en wreven de vondeling droog en warm.
Met het vondelingetje gaat het goed. Het meisje verblijft onder toezicht van de voogdijraad in een pleeggezin. De 18-jarige moeder had het kind alleen ter wereld gebracht en te vondeling gelegd omdat haar ouders niets van haar zwangerschap afwisten.