20 januari 1970, babylijkje meisje, Alkmaar
Het Vrije Volk, 21 januari 1970: "Baby te vondeling gelegd en doodgevroren"
(Van een onzer verslaggevers) ALKMAAR — In Alkmaar is gistermiddag het lijkje van een pasgeboren meisje gevonden. Het kindje, naar schatting een dag oud, moet een uur voor het in de kartonnen doos in de tuin van het St.- Elisabethziekenhuis werd ontdekt, van kou zijn overleden. Een snelle zuurstofbehandeling in het ziekenhuis heeft niet meer geholpen.
De recherche is gisteren vanaf de aangifte om half één bezig geweest met het onderzoek. De doos waarin het kind lag, stond duidelijk zichtbaar voor een afgesloten deur van het hoofdgebouw. Voorbijgangers hadden de doos 's morgens vroeg wel zien staan, maar zij hadden er verder geen aandacht aan geschonken omdat in de onmiddellijke nabijheid van het ziekenhuis wordt gebouwd, waardoor veel afval in de tuin terechtkomt. Ook op andere plaatsen lagen kartonnen dozen.
Gisteravond waren nog geen resultaten van het politie-onderzoek bekend. Aangenomen wordt dat het kind in de vroege dinsdagmorgen, naar schatting omstreeks half een des nachts, te vondeling is gelegd. Personeel van het ziekenhuis heeft omstreeks dat uur wel iets gehoord, maar er geen aandacht aan geschonken.
Leeuwarder Courant, 21 januari 1970: "Baby te vondeling gelegd en doodgevroren"
In de tuin van het St. Elizabethziekenhuis te Alkmaar is gisteren een te vondeling gelegde baby doodgevroren. De kleine, een meisje van hooguit een dag oud, was in nieuwe kleertjes gestoken en lag goed ingepakt in een kartonnen doos. Volgens de artsen van het ziekenhuis moet de ba b.v de avond tevoren in de tuin zijn neergelegd. Het kind moet kort voordat het door een tuinman werd gevonden, zijn doodgevroren.
Uit het onderzoek van de recherche is gebleken dat de doos duidelijk zichtbaar in de tuin voor een afgesloten deur van het hoofdgebouw heeft gestaan. Voorbijgangers hadden de doos gistermorgen wel zien staan. Er was verder geen aandacht aan geschonken omdat in de nabijheid van het ziekenhuis wordt gebouwd, waardoor veel afval in de tuin terecht komt. Ook elders in de tuin lagen kartonnen dozen. De tuinman vond de baby toen hij de dozen wilde opruimen. Omtrent de identiteit van de moeder had de recherche vanmorgen nog geen aanwijzing.
Nieuwsblad van het Noorden, 21 januari 1970: "Te vondeling gelegde baby doodgevroren"
Voor het St. Elisabethziekenhuis in Alkmaar is gisteren het lijkje gevonden van een pas geboren kind, dat hier te vondeling was gelegd. De baby, naar schatting een dag oud, lag in een kartonnen doos in de tuin van het ziekenhuis. Er is nog getracht met een snelle zuurstofbehandeling de levensgeesten weer op te wekken, maar deze had geen resultaat. Het kind moet door de felle kou zijn overleden.
Voorbijgangers hebben de doos wel zien staan, maar er geen aandacht aan geschonken, omdat er als gevolg van bouwwerkzaamheden vrij veel rommel op het ziekenhuisterrein ligt. De politie heeft nog geen enkele aanwijzing door wie het kind te vondeling is gelegd.
Leeuwarder courant, 19 november 1970: "Tegen de zin van ongehuwde moeder - Vader gearresteerd die baby te vondeling legde"
De zaak van de overleden baby die In januari van dit jaar te vondeling werd gelegd in de tuin van het Sint Elisabethziekenhuis in Alkmaar Is opgelost. De 27-jarige gescheiden kok F. Z. uit Hillegom, de vader van de baby, heeft bekend het meisje enkele uren na de geboorte vanuit zijn woonplaats naar Alkmaar te hebben gebracht. Dit gebeurde tegen de zin van de moeder, een thans negentienjarig Hillegoms meisje. Z. werd gisterochtend aangehouden door de rijkspolitie te Hillegom. Morgen zal hij voor de Haarlemse officier van justitie worden geleid. De moeder Is niet strafbaar. De oplossing van de zaak, die de Alkmaarse politie geruime tijd intensief heeft beziggehouden, is voortgekomen uit een onderzoek dat in Hillegom gaande is naar zedenzaken, waarbij verschillende mensen zijn betrokken. Het gaat hier onder meer om het plegen van abortussen en het hebben van gemeenschap met meisjes beneden de leeftijd van zestien jaar.
Verdachte Z. werkte als kok in hetzelfde Hillegomse bejaardentehuis waar het meisje bejaardenverzorgster was. Het meisje woonde bij haar ouders thuis, voor wie zij geheim wist te houden dat zij in verwachting was geraakt. Verschillende malen probeerde Z. zelf de vrucht af te drijven, maar dat mislukte. Tot tweemaal toe reisde het meisje op kosten van Z. naar Londen om daar abortussen te laten plegen. Tegen haar ouders vertelde zij dat zij een feestje had en bij een vriendin bleef slapen. In Londen weigerde men echter abortus te plegen omdat het daarvoor al te laat was en er anders gevaar voor het leven van de moeder zou bestaan.
Op 19 januari, 's avonds om half acht, werd het kind geboren ten huize van de alleenwonende kok. De moeder was toen achttien jaar. Bij de geboorte was slechts de man aanwezig. Medische hulp bleef achterwege. Verdachte Z. die steeds gezegd had dat de moeder haar kind niet mocht houden, bleef ondanks haar verzet bij die mening. Hoewel het meisje ook na de geboorte zei, dat ze haar kind wilde houden en dat niemand te weten zou komen dat hij de vader was, pakte hij het kind omstreeks elf uur in een doos en reed naar Alkmaar. Hij zette de doos met de baby in de tuin van het St. Elisabethziekenhuis voor de deur van de voormalige rectorswoning. Toevalligerwijze was daar de kraamafdeling gevestigd.
De man belde vervolgens de portier van het ziekenhuis op met de mededeling dat hij maar eens moest gaan kijken bij de zij-ingang omdat er iets op de stoep stond. Hij sprak niet over een baby. De portier, die dacht dat men probeerde hem weg te lokken om een verlate verpleegster de gelegenheid te geven ongemerkt binnen te komen, bleef echter op zijn post. Omstreeks twaalf uur de volgende ochtend wilde een tuinman de doos voor de deur verwijderen. Pas toen bleek dat er een pasgeboren meisje in lag. Het kind, dat was gekleed in een nieuw pakje en een nieuwe luier was echter reeds overleden als gevolg van de kou en gebrek aan verzorging. Weken later pas hoorde de moeder dat het kind was gestorven en als naamloze vondeling begraven.
Nieuwsblad van het Noorden, 19 november 1970: "Onderzoek in zedenzaken brengt licht in 'onoplosbare' zaak - 'Vader' legde baby te vondeling na mislukte poging tot abortus"
(Van onze correspondent in Alkmaar) De zaak van de overleden baby die in januari van dit jaar te vondeling werd gelegd in de tuin van het Sint Elisabethziekenhuis in Alkmaar is opgelost. De 27-jarige gescheiden kok F. Z. uit Hillegom, de verwekker van de baby, heeft bekend het meisje enkele uren na de geboorte vanuit zijn woonplaats naar Alkmaar te hebben gebracht. Dit gebeurde tegen de zin van de moeder, een thans 19-jarig Hillegoms meisje. Z. werd gisterochtend aangehouden door de rijkspolitie te Hillegom.
De oplossing van de taak, die de Alkmaarse politie geruime tijd intensief heeft beziggehouden, is voortgekomen uit een onderzoek dat in Hillegom gaande is naar zedenzaken waarbij verschillende mensen zijn betrokken. Het gaat hier onder meer om het plegen van abortussen en het hebben van gemeenschap met meisjes beneden de leeftijd van 16 jaar. Tijdens het onderzoek werd het 19-jarige Hillegomse meisje als getuige gehoord. Daarbij kwam naar voren dat zij in januari was bevallen van een kind dat in Alkmaar te vondeling was gelegd. Vervolgens kon de vader worden gearresteerd, die aanvankelijk ontkende iets van het misdrijf af weten. Verdachte Z. werkte als kok in hetzelfde Hillegomse bejaardenhuis waar het meisje bejaardenverzorgster was. Het meisje woonde bij haar ouders thuis, voor wie zij geheim wist te houden dat zij in verwachting was geraakt. Verschillende malen probeerde Z. zelf de vrucht af te drijven, maar dat mislukte. Tot tweemaal toe reisde het meisje op kosten van Z. naar Londen om daar abortussen te laten plegen. Tegen haar ouders vertelde zij dat zij een feestje had en bij een vriendin bleef slapen. In Londen weigerde men echter abortus te plegen, omdat het daarvoor al te laat was en er anders gevaar voor het leven van de moeder zou bestaan.
Op 19 januari, 's avonds om half acht, werd het kind geboren ten huize van de alleeenwonende kok. De moeder was toen 18 jaar. Medische hulp bleef achterwege. Verdachte Z. die steeds gezegd had dat de moeder haar kind niet mocht houden, bleef ondanks haar verzet bij die mening. Hoewel het meisje ook na de geboorte zei, dat ze haar kind wilde houden en dat niemand te weten zou komen dat hij de vader was, pakte hij het kind omstreeks elf uur in een doos en reed naar Alkmaar, waar hij doos met de baby in de tuin zette van het Sint Elisabethziekenhuis voor de deur van de voormalige rectorswoning. Toevallig was daar de kraamafdeling gevestigd. De man belde vervolgens de portier van het ziekenhuis op met de mededeling dat hij maar eens moest gaan kijken bij de zij-ingang omdat er iets op de stoep stond. Hij sprak niet over een baby. De portier, die dacht dat men probeerde hem weg te lokken om een verlate verpleegster de gelegenheid te geven ongemerkt binnen te komen, bleef echter op zijn post.
Omstreeks 12 uur de volgende ochtend wilde een tuinman de doos voor de deur verwijderen. Pas toen bleek dat er een pasgeboren meisje in lag. Het kind was echter reeds overleden als gevolg van de kou en gebrek aan ng. Pas weken later hoorde de moeder dat haar kind was overleden. Verdachte Z. zal het te vondeling leggen van een kind van beneden de tijd van 7 jaar ten laste worden gelegd. Strafverzwarend geldt dat het kind is overleden. De moeder is niet strafbaar.
Het Vrije Volk, 20 november 1970: "Moeder van doodgevroren vondeling nu bekend"
(Van een onzer verslaggevers) HAARLEM — Het mysterie van het doodgevroren kindje, dat in de tuin van het Alkmaars Sint Elisabeth-ziekenhuis te vondeling is gelegd, is opgelost. Gisteren heeft de politie in Hillegom de 27-jarige kok F. Z. aangehouden, die inmiddels heeft bekend zijn pasgeboren baby op 19 januari in de ziekenhuistuin tussen de struiken te hebben achtergelaten. De moeder is een 18-jarig meisje waarmee de kok in een bejaardentehuis te Hillegom samenwerkte. Toen het meisje zwanger bleek, heeft de kok alles gedaan om de geboorte van het kind te vermijden. Maar niemand wilde hem helpen.
De Telegraaf, 21 november 1970: "Politie pakt vader van doodgevroren baby"
Van een onzer verslaggevers. HILLEGOM, vrijdag. De Rijkspolitie in Hillegom heeft de 27-jarige F. Z. uit de bollengemeente aangehouden. De jongeman wordt ervan verdacht op 19 januari van dit jaar zijn baby, een meisje, te vondeling te hebben gelegd in Alkmaar. Het kind, dat vele uren later werd gevonden, overleed toen in de vrieskou.
Z. werkte in Hillegom in een bejaardentehuis, samen met een 18-jarig meisje. Hij knoopte hechte banden met haar aan. Uit hun verhouding werd het meisje geboren. De baby was niet welkom en in een koude nacht van januari legde Z. het kind te vondeling voor een deur van het Elisabethziekenhuis in Alkmaar. De jongeman wist niet, dat juist deze deur al vele jaren lang niet meer werd gebruikt. Het kind lag in een doos en was gewikkeld in een deken. Laat in de morgen werd het door een tuinman gevonden. De doos was niet eerder opgevallen, omdat het ziekenhuis werd verbouwd en er veel dozen, kisten en bouwmaterialen in de tuin lagen. Artsen constateerden dat de baby kort voor de vondst moest zijn overleden.
De Rijkspolitie in Hillegom had Z. voor een ander geval aangehouden en verhoord. De jongeman bekende toe tevens dat hij het kind naar Alkmaar had gebracht. Z. is vandaag voor de officier van justitie in Haarlem geleid. De moeder is niet strafbaar, omdat de jongeman haar onkundig had gelaten.De Tijd, 17 december 1971: "Legaliseren te vondeling leggen weer actueel - Stefanie blijft vrijwel zeker"
[...] Niet altijd loopt het zo goed af met een te vondeling gelegd kind. Verleden jaar kreeg de portier van een ziekenhuis in Alkmaar 's avonds een telefoontje buiten bij de groene deur te gaan kijken. De portier zag geen aanleiding er gevolg aan te geven. De tuinman vond de volgende dag een door kou en honger omgekomen babytje. De vader die het daar buiten medeweten van de (ongehuwde) moeder had neergelegd, is later achterhaald en gerechtelijk vervolgd.