9 juli 1981, vondeling Reinier Maarten van Groenendaal, Wassenaar
Nieuwsblad van het Noorden, 9 juli 1981
In de gemeente Wassenaar bij Den Haag is een vondeling ontdekt. De plaatselijke politie, die pas later in de middag nadere gegevens bekend zou maken, denkt niet dat deze zaak verband houdt met de andere vondeling; de drie maanden oude baby die zondag in Brabant is gevonden.
NRC Handelsblad, 10 juli 1981: "Pasgeboren kind in Wassenaar te vondeling gelegd"
Een vijf uur oude baby, een jongen, is gisteren gevonden op het Theo-Mann-Bouwmeesterpad in Wassenaar. Het kind is naar het ziekenhuis Bronovo gebracht; daar heeft men geconstateerd dat het in goede gezondheid verkeert. (ANP)
Het Vrije Volk, 10 juli 1981
WASSENAAR — Een 29-jarige Haagse ruiter die gisteren over het Theo Mann Bouwmeesterpad in Wassenaar reed, heeft in het daar langs de weg groeiende struikgewas een pasgeboren jongetje gevonden. De vondeling lag naakt op een laken met een nog niet afgebonden navelstreng.
De paardrijder werd, naar hij later vertelde, verrast door babygehuil. Geschrokken rende de man naar het vlak aan het laantje gelegen dierenpension van de 34-jarige J. Oosterveer. Deze vroeg direct hulp aan de GGD en politie. Vervolgens wreef hij het hooguit vijf uur oude kind in zijn huis droog.
De baby die al snel na de vondst in het plaatselijke Bronovoziekenhuis werd onderzocht, heeft de tijd dat hij in de berm lag goed doorstaan. De jongen verkeert in goede gezondheid. Volgens de artsen moet het kind tussen vier en zes uur in de morgen ter wereld zijn gekomen. Vermoedelijk heeft de vondeling geen kou gevat, omdat de zon hem op zijn laken redelijk warm hield.
Het kind heeft blond haar en blauwe ogen. Hij is ongeveer vijftig centimeter groot en weegt ruim zeven pond. De kinderbescherming ontfermt zich voorlopig over de baby. De Wassenaarse politie heeft volgens woordvoerder Van Sint-Maartensdijk nog geen enkele concrete aanwijzing die tot de opsoring van een van zijn ouders kan leiden.
[fotobijschrift] Na door artsen onderzocht te zijn, werd de pasgeboren vondeling ingepakt in een warm slobpakje en in een ziekenhuisbed gelegd.
Nieuwsblad van het Noorden, 10 juli 1981
Ook Wassenaar heeft nu een vondelingen-affaire. Zoals gisteren in een deel van onze edities gemeld vond een Haagse ruiter in de buurt van de renbaan Duindigt een enkele uren oude baby. Het kind, een jongetje, lag gedeeltelijk in een lakentje gewikkeld in de struiken langs een ruiterpad.
De Hagenaar waarschuwde de politie, waarna het kind met een ambulance naar het Bronovo-ziekenhuis in Den Haag werd gebracht. Het jongetje is volgens de politie kerngezond. Niet helemaal uitgesloten is dat het kind ter plekke is geboren. De navelstreng is echter gewoon afgebonden. Het laken waarin het kindje, dat overigens geen kleertjes aan had, werd gevonden is voor onderzoek opgestuurd naar het gerechtelijk laboratorium. De baby wordt voorlopig verder verpleegd in het ziekenhuis.
Intussen heeft de 40-jarige gehuwde vertegenwoordiger Ditmar Z., die gisteren in zijn woonplaats Oberhausen werd aangehouden, bekend zondag de 21-jarige Heiki Wacha met een pistool om het leven te hebben gebracht. De vertegenwoordiger, vader van de drie maanden oude Nadine Mercedes, die in Someren langs een weg te vondeling was gelegd, verklaarde dat er tussen hem en het slachtoffer problemen waren gerezen over de betaling van alimentatiegelden. Ook zou het slachtoffer, dat opnieuw zwanger van hem zou zijn, hem hebben geprest met haar in het huwelijk te treden.
Volgens zijn verklaring hadden beiden besloten hun kind te doden en daarna zelfmoord te plegen. Na zijn vriendin met een nekschot te hebben afgemaakt, zou de man de moed hebben verloren om zichzelf en het kind van het leven te beroven. De verdachte zal in eigen land terecht moeten staan, omdat het in West-Duitsland niet gebruikelijk is dat onderdanen worden uitgeleverd.
Limburgsch Dagblad, 10 juli 1981
WASSENAAR - Ook Wassenaar heeft nu een vondelingenaffaire. Want daar werd gisterochtend in de nabijheid van de renbaan Duindigt een enkele uren oude baby gevonden door een Haagse ruiter. Het kind, een jongetje, lag gedeeltelijk in een lakentje gewikkeld in de struiken langs een ruiterpad. De Hagenaar waarschuwde na zijn vondst ogenblikkelijk de politie. Het kind werd met een ambulance weggehaald en naar het Bronovoziekenhuis in Den Haag gebracht. Het jongetje verkeert op het ogenblik volgens de politie in een perfecte gezondheid. Dat het kind ter plekke gebaard is wil de politie niet helemaal uitsluiten; de navelstreng is echter gewoon afgebonden en in het omliggende struikgewas werden verder geen sporen gevonden. Het laken waarin het kindje, dat overigens geen kleertjes aan had, werd gevonden is voor onderzoek opgestuurd naar het gerechtelijk laboratorium.
Hoe lang het kind langs het laantje heeft gelegen is niet duidelijk. Wel bleek een bewoner uit de directe omgeving die rond acht uur, een uur voordat de baby werd ontdekt, de hond uitliet, al kort een huilgeluid te hebben gehoord.
De Haagse ruiter die het kindje ontdekte, was de plek waar de baby in de struiken lag al gepasseerd toen hij plotseling het kindje hoorde krijsen. Voor hem is het een onbegrijpelijke zaak. „Ik heb zelf een kindje van een paar maanden; dan kun je je niet voorstellen dat iemand, hoe triest de omstandigheden ook zijn, zo'n kindje zomaar weg doet. Daarnaast kun je je nog afvragen waarom het op zon afgelegen plek is neergelegd. Laten ze het dan voor een ziekenhuis leggen of ergens waar meer mensen komen." Het risico dat het kind niet snel gevonden zou worden op deze plek was erg groot. Bij slecht weer komt daar 's ochtends helemaal niemand langs. De gevonden baby wordt voorlopig verder verpleegd in een ziekenhuis. Wanneer de officier van justitie in Den Haag de stukken van het onderzoek in bezit heeft zal hij samen met de burgemeester van Wassenaar voor de naamgeving van het kind zorgen. De baby heeft blond haar, blauwe ogen, is 51 cm lang en weegt 3055 gram.
De Telegraaf, 10 juli 1981
door Wilma Nanninga. WASSENAAR, vrijdag. De Wassenaarse dierenpensionhouder A. Oosterveer vond gisterochtend in het stille bosrijke Groenendaallaantje voor zijn huis een slechts enkele uren oud vondelingetje. Het babytje wiens navelstreng niet eens was afgebonden, lag in een lakentje onder een paar struiken te huilen. „Ik werd erop geattendeerd door een ruiter. Hij hoorde kinderkreetjes en wilde dat ik kwam kijken. Nadat ik wat bladeren had weggeschoven,zagen we het ongelooflijke: een hulpeloos jongetje. Ik kreeg tranen in mijn ogen. Hoe kunnen mensen hun eigen kind zoiets aandoen."
Nadat de heer Oosterveer het babytje in een handdoek had gewikkeld en drooggewreven, belde hij de politie en de ambulance. Die waren er alletwee direct. Een zuster van de GGD bond de navelstreng af. En met gillende sirenes ging het naar het Bronovo ziekenhuis. Ik kon niet mee, want ze moesten de baby eerst onderzoeken en de rechercheurs van de Wassenaarse politie wilden van alles van mij weten. Later bleek dat de gezondheid van de baby gelukkig uitstekend is. Dat komt natuurlijk ook door het mooie weer. Echt koud zal het jongetje het niet hebben gehad."
De jonge dierenpensionhouder realiseerde zich pas na de vondst van de vondeling dat hij al gistermorgen heel vroeg kindergehuil had gehoord. „Maar omdat het maar kort was, dacht ik dat ik het me verbeeldde. Ik wil dolgraag kinderen hebben, en dan hoor je zulke dingen wel eens in je fantasie. Ook vertelde hij de politie een wel heel matineuze wandelaar te hebben gezien: „Dat moet de man zijn geweest die het kind daar gebracht heeft. Anders had hij het babytje toch moeten ontdekken. Want daarna is er in dit stille straatje niemand meer langs gekomen. Behalve die ruiter dan." Het babytje, dat blond is en blauwe ogen heeft, weegt zeven pond. Volgens de artsen moet het kind gistermorgen tussen 4 en 6 uur zijn geboren. De Kinderbescherming zal zich waarschijnlijk voorlopig over het kind ontfermen. Over zijn naam moeten de burgemeester van Wassenaar en de officier van justitie beslissen. De heer Oosterveer: „Ik hoop dat ze aan mij denken. Ik zou het een grote eer vinden als het kind Oosterveer zou mogen heten."
[fotobijschrift] Dierenpensionhouder Oosten/eer toont de plaats in het struikgewas, waar hij de baby huilend aantrof. Inzet: Het kerngezonde vondelingetje, gefotografeerd in het ziekenhuis. Foto: Clenn Wassenbergh
Het Vrije Volk, 11 juli 1981
WASSENAAR — "We hebben nog geen enkele tip binnen over "onze vondeling". Wel zijn we de hele dag overstroomd met tientallen telefoontjes van ouders uit het hele land om het jongetje te adopteren. Ouders van Scheemda tot Maastricht; uit alle windstreken belden ze op." Dat zegt de Wassenaarse politie over de vondeling die donderdag in het struikgewas langs, het Theo Mann Bouwmeesterpad werd gevonden. Het jongetje - tussen vier en zes uur 's morgens geboren - heeft geen enkel nadelig gevolg ondervonden van zijn passief ondergane avontuur. Het ligt in het Bronovoziekenhuis. De kinderbescherming ontfermt zich voorlopig over de baby die,' aldus de Wassenaarse politie, "kerngezond" is.
De Waarheid, 11 juli 1981
Een 29-jarige Hagenaar heeft donderdagochtend rond negen uur op het Theo Mann Bouwmeesterpad in Wassenaar een circa vijf uur oude baby gevonden, die daar kort tevoren te vondeling moet zijn gelegd. Hij deed zijn ontdekking na opmerkzaam te zijn gemaakt op kindergehuil. De baby — een jongen — is overgebracht naar het ziekenhuis Bronovo in Den Haag>
Nederlands Dagblad, 11 juli 1981
WASSENAAR (ANP] - Een 29-jarige Hagenaar heeft op het Theo Mann Bouwmeesterpad in Wassenaar een circa vijf uur oude baby gevonden, die daar kort tevoren te vondeling moet zijn gelegd.
Hij deed zijn ontdekking na opmerkzaam te zijn gemaakt op kindergehuil. De baby - een jongen - is overgebracht naar het ziekenhuis Bronovo in Den Haag waar is geconstateerd dat hij in goede gezondheid verkeert.
De Hagenaar, die de baby onder de struiken langs de geasfalteerde weg vond, was op dat moment aan het paardrijden. Hij waarschuwde de vlakbij wonende 34-jarige J. Oosterveer, die de naakt op een laken gedeponeerde baby mee naar huis nam en de Wassenaarse politie alarmeerde. Deze man had enkele uren eerder ook al kindergehuil in de buurt gehoord, maar daarop verder geen acht geslagen.
Waarschijnlijk zal de kinderbescherming zich voorlopig over de vondeling ontfermen.
De Telegraaf, 13 juli 1981
Van onze Haagse redactie. DEN HAAG, maandag. De politie van Wassenaar tast nog volledig in het duister omtrent de afkomst van bet vondelingetje dat vorige week in het Groenendaallaantje werd aangetroffen. Buurtonderzoek en het natrekken van sporen hebben nog geen bruikbare gegevens opgeleverd over de moeder van het jongetje. Het kind, dat volgens de artsen in blakende gezondheidstoestand verkeert, blijft voorlopig in het Haagse Bronovoziekenhuis. De officier van justitie heeft nog niet over zijn toekomst beslist Ook een naam is nog niet gekozen.
Het Vrije Volk, 16 juli 1981: "Vondeling Reinier genoemd"
WASSENAAR — Het Wassenaarse vondelingetje is Reinier Maarten van Groenendaal genoemd. Reinier naar de ruiter die de baby een week geleden in het struikgewas aantrof. Maarten is de naam van de waarnemend korpschef van de Wassenaarse politie, hoofdinspecteur P. van Sint Maartensdijk. En de achternaam is ontleend aan het Groenendaallaantje, waar het kind vlak in de buurt is gevonden.
Leeuwarder courant, 16 juli 1981: "Vondeling heet Reinier Maarten van Groenendaal"
WASSENAAR - De vorige week door een ruiter gevonden vondeling heeft gisteren door de Haagse officier van justitie, mr. Den Os, een naam gekregen. Het jongetje zal met de naam Reinier Maarten van Groenendaal door het leven gaan. De officier deed gistermiddag, samen met de chef recherche van de Wassenaarse politie, A.P. van der Aart, aangifte bij de loco-burgemeester van het Zuidhollandse dorp.
De naam is samengesteld uit de naam van de vinder van het vondelingetje (Reinier), van de met de zaak belaste politie-inspecteur (St. Maartensdijk) en van het laantje waarin de jongen werd gevonden (Groenendaallaantje).
De Telegraaf, 16 juli 1981: "Vondelingetje krijgt naam: Reinier Maarten van Groenendaal"
Van onze Haagse redactie. WASSENAAR, donderdag. De vorige week gevonden Wassenaarse vondeling heeft een naam: Reinier Maarten van Groenendaal. De Haagse officier van justitie mr. Den Os en de chef recherche van de Wassenaarse politie A. P. van der Aart hebben gistermiddag aangifte gedaan bij de locoburgemeester van het chique Zuidhollandse dorp de heer A. van der Klaauw. „De achternaam van Groenendaal," verklaart de officier van justitie, „spreekt vanzelf. Het kerngezonde jongetje werd in het Groenendaallaantje gevonden. De ideeën voor de voornamen werden door de locoburgemeester aangedragen."
Deze vertelt: „Reinier is de voornaam van de ruiter, die de vondeling het eerst signaleerde. Maarten is afgeleid van - de naam St. Maartensdijk, de inspecteur van politie, die belast is met het onderzoek naar de herkomst van het kindje. Wij hebben verder niet gemeend iets met de naam van de heer J. Oosterveer te moeten De heer Oosterveer is de Wassenaarse dierenpensionhouder die er door de ruiter werd bijgeroepen om uit te zoeken [...].
„En aan babykleertjes heeft hij ook geen gebrek," verklapt zuster Marianne uit het Haagse Bronova-ziekenhuis. „Want dank zij allerlei mensen in heel Nederland heeft hij de méést uitgebreide babygarderobe, die ik ooit heb gezien.
Nieuwsblad van het Noorden, 17 juli 1981: "Wassenaarse vondeling krijgt naam Reinier"
De Haagse officier van Justitie, mr. Den Os, heeft woensdag op het stadhuis in Wassenaar aangifte gedaan van de geboorte van de baby, die vorige week in die gemeente langs een paadje in de struiken werd gevonden. De vondeling heet Reinier Maarten van Groenendaal. Reinier is de voornaam van de Hagenaar die de, toen nog vijf uur oude baby, heeft gevonden. Maarten is ontleend aan de naam van de plaatsvervangend korpschef van de Wassenaarse politie, van Sint Maartensdijk. De achternaam is gevormd uit de plaats waar het kind te vondeling is gelegd, in de buurt van het Groenendaallaantje.