Zusmoederschap is een vorm van adoptie. Het is illegaal in Nederland. Het is immers niet de biologische moeder die zich als wettelijke moeder bij de gemeente aangeeft, hospital maar háár moeder. De biologische moeder heeft er zo als het ware een broertje of zusje bijgekregen, dat eigenlijk haar eigen kind is. Zusmoederschap en Illegale opneming zijn beide gebaseerd op hetzelfde adoptiemechanisme, alleen gebeurt zusmoederschap binnen het eigen gezin, en illegale opneming binnen een ander gezin. Ook hier geldt weer dat dit niet in overeenstemming is met het Kinderverdrag. Dat bepaalt dat een kind recht heeft om te weten wie zijn ouders zijn.
Relevante wetsartikelen
Artikel 236 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Hij die door enige handeling opzettelijk eens anders afstamming onzeker maakt, wordt, als schuldig aan verduistering van staat, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vijf jaren of geldboete van de vierde categorie.
Artikel 442a Wetboek van Strafrecht
Hij die zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de raad voor de kinderbescherming een kind beneden de leeftijd van zes maanden hetwelk niet onder voogdij van een rechtspersoon staat als pleegkind opneemt, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie weken of geldboete van de tweede categorie.
Strafcategorieëen
De Nederlandse wet heeft alle misdrijven verdeeld in zes categorieën. Per categorie is in artikel 23 lid 4 van het Wetboek van Strafrecht een maximale straf in geld en/of hechtenis vastgesteld. Deze maximale straffen worden regelmatig bijgesteld; bekijk hier de actuele maximale boetes per categorie.
Verjaring
De termijn van verjaring hangt af van in welke categorie het misdrijf valt.
Artikel 70 lid 2 Wetboek van Strafrecht
Het recht tot strafvordering vervalt door verjaring (...) in zes jaren voor de misdrijven waarop geldboete, hechtenis of gevangenisstraf van niet meer dan drie jaren is gesteld;
Artikel 70 lid 3 Wetboek van Strafrecht
Het recht tot strafvordering vervalt door verjaring (...) in twaalf jaren voor de misdrijven waarop tijdelijke gevangenisstraf van meer dan drie jaren is gesteld;
Artikel 70 lid 4 Wetboek van Strafrecht
Het recht tot strafvordering vervalt door verjaring (...) in twintig jaren voor de misdrijven waarop gevangenisstraf van meer dan tien jaren is gesteld.